Goede kippensoep begint bij één ding: tijd. Niet het soort tijd waarbij je een timer zet en wegloopt, maar het soort waarin je de soep laat trekken, proeven en ontwikkelen. Want als je een volle, troostrijke soep wilt, moet je weten hoelang je de kip moet laten garen. En dat verschilt nogal, afhankelijk van welk deel van de kip je gebruikt.
Ik heb in de loop der jaren veel geëxperimenteerd met kippenbouillons, van snel tot urenlang. En ik kan je zeggen: haast werkt zelden bij soep.
Hoe lang moet kip koken voor soep?
Gebruik je rauwe kip? Reken dan op minimaal 45 tot 60 minuten op laag vuur. Niet laten borrelen, maar zachtjes trekken. Dan heb je genoeg tijd om smaak uit het vlees en bot te krijgen én blijft je kip mals.
Voor een hele kip raad ik aan om minstens 1,5 tot 2 uur aan te houden. Hoe groter het stuk kip, hoe langer het nodig heeft om die diepte in je bouillon te brengen.
Wil je precies weten hoeveel soep je per persoon moet maken? Dan kun je hier even hoeveel ml soep per persoon je nodig hebt bekijken. Dat voorkomt verspilling én gedoe.
Waarom kippenpoten ideaal zijn
Als je het mij vraagt, zijn kippenpoten de perfecte basis voor soep. Ze bevatten niet alleen vlees, maar ook huid, bot en kraakbeen – en daar komt gelatine uit, wat je soep die typische, rijke textuur geeft.
Laat ze minimaal 1,5 uur zachtjes koken. Wil je een intensere smaak? Laat ze dan gerust tot 3 uur trekken.
En ja, dat duurt even. Maar je proeft echt het verschil. Na het koken haal je het vlees van de botten en voeg je het weer toe aan de soep. De rest kun je weggooien of nog even laten doorkoken voor een tweede trek.
Voor echte bouillon: langer is beter
Maak je een pure kippenbouillon, bijvoorbeeld met vleugels, een karkas of rugstukken? Trek dan minimaal 3 uur uit. Voeg soepgroenten toe zoals wortel, prei, ui en selderij. Dat geeft de bouillon die gelaagdheid die je in een pakje nooit vindt.
Botten van een gegrilde kip kun je trouwens ook prima gebruiken. Ze geven zelfs nét iets extra’s dankzij het geroosterde randje.
Wat als je al gare kip gebruikt?
Gebruik je restjes kip, bijvoorbeeld van de avond ervoor? Dan hoef je het alleen maar kort mee te warmen. Vijf tot tien minuten is genoeg. Langer en je loopt het risico dat het droog of draderig wordt.
Zelf voeg ik gare kip altijd pas op het laatst toe. Zo blijft het sappig én herkenbaar in de soep.
Mijn advies voor een stevige basis
Ik kies meestal voor een mix: een paar kippenpoten, eventueel een karkas of vleugels, en flink wat soepgroente. Daarmee krijg je een mooie balans tussen smaak, textuur en voedingswaarde.
Wil je soep bewaren? Zorg dan dat je de juiste hoeveelheden maakt én goed weet hoe lang je het kunt bewaren. Hier lees je hoe je soep het beste bewaart, in de koelkast of vriezer.
Handige richtlijnen op een rij
● Kipfilet: 45–60 min zacht koken
● Kippenpoten: 1,5 tot 2 uur (langer mag)
● Hele kip: 2 uur of meer
● Bouillon van botten: 3 uur
● Gare kip: 5–10 min opwarmen
Soep maken is geen haastklus. Maar met een beetje aandacht, de juiste kooktijd en goede ingrediënten maak je soep die écht troost biedt. En daar draait het uiteindelijk om.
