Snijd het sjalotje in dunne halveringen. Hak de knoflook fijn en snijd de rode peper fijn. Rasp de gember. Haal de korianderblaadjes van de stengel en hak de stengels fijn.

Zet een wok of koekenpan op middelhoog vuur. Smelt de kokosolie zachtjes en bak de sjalot, zodra deze heet is, 3-4 minuten of tot hij zacht begint te worden.

Voeg de knoflook, chilipeper, gember, koriandersteeltjes en kurkuma toe en bak 5-6 minuten, terwijl je voortdurend roert.

Voeg de sereh en korianderpoeder toe en bak nog 2-3 minuten. Giet de kokosmelk en visbouillon erbij en breng aan de kook. Voeg de palmsuiker, vissaus en limoensap erbij.

Leg de visfilets in de kokosbouillon (ze moeten grotendeels onder staan) en zet het vuur laag. Dek af en kook tot de vis net gaar en ondoorzichtig is, ongeveer 5 tot 8 minuten.

Kook ondertussen de groenten en noedels apart gaar.

Verdeel de noedels over twee diepe borden/kommen, leg de vis en groenten erbij en giet de hete saus erover. Bestrooi met korianderblaadjes en serveer met limoenpartjes.